Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. halt:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor halt (Nederlands) in het Engels

halt:

halt [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. halt
    the stop; the wait
    • stop [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wait [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor halt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stop halt halte; halteplaats; oponthoud; stopplaats; vertraging
wait halt
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stop afhouden; afremmen; afzetten; beletten; beslissen; besluiten; blijven staan; blijven steken; dichten; dwarsbomen; dwarsliggen; ermee uitscheiden; ervanaf houden; gaten stoppen; halt houden; halthouden; haperen; inhouden; opgeven; ophouden; remmen; staken; stelpen; stilhouden; stillen; stilstaan; stilzetten; stokken; stoppen; stopzetten; tegenhouden; tegenwerken; temporiseren; tot staan brengen; tot stilstand brengen; uitscheiden; vastlopen; vertragen; weerhouden
wait afwachten; wachten

Verwante woorden van "halt":

  • halten

Verwante vertalingen van halt