Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gemis (Nederlands) in het Engels

gemis:

gemis [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gemis (gebrek)
    the deficiency; the lack; the want
    • deficiency [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lack [the ~] zelfstandig naamwoord
    • want [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor gemis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deficiency gebrek; gemis deficit; gebrekkigheid; kastekort; ontoereikendheid; tekort
lack gebrek; gemis armoede; deficit; ellende; gebrek; ontoereikendheid; tekort
want gebrek; gemis armoede; behoefte; ellende; gebrek
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lack afwezig zijn; mankeren; ontberen; ontbreken; verzuimen
want begeren; behoeven; believen; benodigen; moeten; nodig hebben; verlangen; wensen; willen

Wiktionary: gemis


Cross Translation:
FromToVia
gemis lack; dearth; want Mangel — kPl.|: unzureichende Menge oder unzureichendes Ausmaß von etwas
gemis shortfall; inadequacy; insufficiency; scarcity; absence; lack; shortage; shortcoming; deficiency; defect; flaw; gap; want insuffisanceétat de ce qui est insuffisant.
gemis absence; lack; shortage; shortcoming; deficiency; defect; flaw; gap; want manqueabsence, défaut, fait de manquer.
gemis deprivation; absence; lack; shortage; shortcoming; deficiency; defect; flaw; gap; want privationperte, absence, manque d’un bien, d’un avantage qu’on avait, ou qu’on devait, qu’on pouvait avoir.