Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor flakkeren (Nederlands) in het Engels
flakkeren:
Vertaal Matrix voor flakkeren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
blaze | brand; fik; vlammenzee; vuur; vuurzee | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
blaze | flakkeren; flikkeren; vlammen | blaken; laaien; licht uitzenden; sterk aanwezig zijn; stralen; vlammen; vlammen uitslaan |
flame | flakkeren; flikkeren; vlammen | laaien |
Verwante woorden van "flakkeren":
Wiktionary: flakkeren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• flakkeren | → undulate; drift; swirl; waft; flicker | ↔ wabern — (intransitiv) sich unruhig, flackernd und unvorsehbar bewegen, insbesondere bei |
• flakkeren | → quiver; shiver; waver; wince | ↔ frissonner — Avoir le frisson, un tremblement causé par le froid ou la fièvre. |
• flakkeren | → tremble; quiver; shiver; waver; wince | ↔ frémir — Faire entendre une succession de petits bruits |
• flakkeren | → undulate | ↔ ondoyer — remuer, se mouvoir à la manière des ondes. |
• flakkeren | → scintillate; flare; flare up; flicker | ↔ scintiller — briller, jeter des éclats par intermittence. |
• flakkeren | → vacillate; wobble | ↔ vaciller — chanceler ; trembler ; n’être pas bien ferme. |
flakkeren vorm van flakker:
-
flakker (vonk; glinstering)
Vertaal Matrix voor flakker:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
sparkle | flakker; glinstering; vonk | flakkering; flikkering; flonkering; fonkelen; fonkeling; geflikker; gefonkel; glinstering; glitter; restjes; schijn; schittering; sprankelen; sprankjes |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
sparkle | flikkeren; flonkeren; fonkelen; glanzen; glimmen; glinsteren; kralen; mousseren; opbruisen; parelen; schijnen; schitteren; sprankelen; stralen; tintelen; twinkelen; vonken; vonken schieten |