Nederlands
Uitgebreide vertaling voor filter (Nederlands) in het Engels
filter:
-
de filter (filterzakje)
-
filter (regel)
-
filter
Vertaal Matrix voor filter:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
coffee filter | filter; filterzakje | |
filter | filter; filterzakje; regel | |
rule | filter; regel | bewind; dienstvoorschrift; gezag; macht; overheersing; regel; regentschap; regeringsstelsel; regime; reglement; richtlijn; richtsnoer; staatsbestel; stelregel; voorschrift; wetmatigheid |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
filter | doorzijgen; filteren; filtreren; laten doorsijpelen; percoleren; zeven; ziften | |
rule | bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; gezaghebben; heersen; heersen van griep; macht uitoefenen; opdragen; overheersen; regeren; verordenen; verordonneren; verspreiden van ziekte |
Verwante woorden van "filter":
filter vorm van filteren:
-
filteren (doorzijgen; zeven; filtreren; ziften)
-
filteren (doorsijpelen)
-
filteren
to filter– To display files that meet certain criteria. For example, you might filter files by a particular author so that you only see the files written by that person. Filtering does not delete files, it simply changes the view so that you only see the files that meet your criteria. 1
Conjugations for filteren:
o.t.t.
- filter
- filtert
- filtert
- filteren
- filteren
- filteren
o.v.t.
- filterde
- filterde
- filterde
- filterden
- filterden
- filterden
v.t.t.
- heb gefilterd
- hebt gefilterd
- heeft gefilterd
- hebben gefilterd
- hebben gefilterd
- hebben gefilterd
v.v.t.
- had gefilterd
- had gefilterd
- had gefilterd
- hadden gefilterd
- hadden gefilterd
- hadden gefilterd
o.t.t.t.
- zal filteren
- zult filteren
- zal filteren
- zullen filteren
- zullen filteren
- zullen filteren
o.v.t.t.
- zou filteren
- zou filteren
- zou filteren
- zouden filteren
- zouden filteren
- zouden filteren
en verder
- is gefilterd
- zijn gefilterd
diversen
- filter!
- filtert!
- gefilterd
- filterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor filteren:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
filter | filter; filterzakje; regel | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
filter | doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften | laten doorsijpelen; percoleren |
filter through | doorsijpelen; filteren | doorschemeren |
percolate | doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften | |
seep through | doorsijpelen; filteren | |
sieve | doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften | |
sift | doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften | ordenen; rangeren; schiften; sorteren; uitzoeken |
Verwante woorden van "filteren":
Wiktionary: filteren
filteren
Cross Translation:
verb
-
to pass through a filter or to act as though passing through a filter
-
to sort, sift, or isolate
-
(transitive) pass a liquid through a porous substance
-
(intransitive) drain through a porous substance
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• filteren | → filter; screen; strain | ↔ filtrer — passer par un filtre pour séparer un ou des éléments constituants. |