Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. eigengereid:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eigengereid (Nederlands) in het Engels

eigengereid:

eigengereid bijvoeglijk naamwoord

  1. eigengereid (eigenwijs; eigenzinnig)
    stubborn; obstinate

Vertaal Matrix voor eigengereid:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
obstinate eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig bokkig; dwars; eigenwijs; eigenzinnig; halsstarrig; hardhoofdig; koppig; obstinaat; onbuigzaam; onverzettelijk; onwillig; onwrikbaar; rebellerend; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; stug; taai; tegendraads; weerbarstig; weerspannig
stubborn eigengereid; eigenwijs; eigenzinnig bokkig; dwars; eigenwijs; eigenzinnig; halsstarrig; hardhoofdig; koppig; onbuigzaam; onverzettelijk; onwrikbaar; opstandig; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; stug; taai; weerbarstig; weerspannig

Verwante woorden van "eigengereid":


Wiktionary: eigengereid

eigengereid
adjective
  1. characterized by a method of expression generally found in books