Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. dorheid:
  2. dor:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dorheid (Nederlands) in het Engels

dorheid:

dorheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de dorheid (droogte; schraalheid)
    the dryness; the barrenness

Vertaal Matrix voor dorheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barrenness dorheid; droogte; schraalheid onvruchtbaarheid; onzinnigheid; steriliteit; vruchteloos
dryness dorheid; droogte; schraalheid droogheid; droogte

Verwante woorden van "dorheid":


dorheid vorm van dor:

dor bijvoeglijk naamwoord

  1. dor (verdord; droog)
    dry; scorched; barren; withered; parced
  2. dor (schraal)
    barren; unfruitful; poor

Vertaal Matrix voor dor:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dry afdrogen; centrifugeren; doen drogen; drogen; droogmaken; indrogen; opdrogen; uitdrogen; verdorren; verdrogen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barren dor; droog; schraal; verdord bar; infertiel; kaal; onbegroeid; onbehaard; ongastvrij; onherbergzaam; onvruchtbaar; ruig; steriel; zonder haar
dry dor; droog; verdord droge
poor dor; schraal arm; armelijk; armetierig; armoedig; armzalig; bar; behoeftig; berooid; deerniswekkend; ellendig; erbarmelijk; erg; flodderig; gebrekkig; haveloos; inferieur; karig; klungelig; kommerlijk; krukkig; mager; matig; middelmatig; min; minderwaardig; minvermogend; misdeeld; niet al te best; noodlijdend; onbeduidend; onbeholpen; onbemiddeld; ondermaats; ondeugdelijk; ongegoed; onhandig; onvermogend; pover; rampzalig; schamel; schraal; schutterig; sjofel; sjofeltjes; slap; slapjes; slecht; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; tweederangs; verlopen; zwak; zwakjes
scorched dor; droog; verdord verbrand; verschroeid
unfruitful dor; schraal
withered dor; droog; verdord verdord; verlept; verwelkt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
parced dor; droog; verdord

Verwante woorden van "dor":