Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bruis (Nederlands) in het Engels
bruis:
-
het bruis
Vertaal Matrix voor bruis:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
foam | bruis | schuim |
froth | bruis | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
foam | schuim vormen; schuimen | |
froth | schuim vormen; schuimen |
Verwante woorden van "bruis":
bruisen:
Vertaal Matrix voor bruisen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bubbling | borrelen; bruisen; geborrel; gebubbel | bubbling |
fizzing | borrelen; bruisen; geborrel; gebubbel | |
tippling | borrelen; bruisen; geborrel; gebubbel | borrelen; borreluur; een borrel nemen; geborrel |