Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. brons:
  2. bronzen:
  3. bron:
  4. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor brons (Nederlands) in het Engels

brons:

brons [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het brons
    the bronze
    • bronze [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor brons:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronze brons
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronze bronzen; bruinen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronze bronzen

Verwante woorden van "brons":


Wiktionary: brons

brons
noun
  1. metallurgie|nld legering van koper en tin (en andere metalen) met een donker- of goudbruine kleur
brons
noun
  1. alloy
  2. colour of brass
adjective
  1. colour of brass

Cross Translation:
FromToVia
brons bronze Bronze — kPl.: Legierung aus Kupfer und Zinn
brons bronze airain — Alliage de différents métaux dont le cuivre est la base (1)

bronzen:

bronzen werkwoord (brons, bronst, bronsde, bronsden, gebronsd)

  1. bronzen (bruinen)
    to tan; to bronze; to brown
    • tan werkwoord (tans, tanned, tanning)
    • bronze werkwoord (bronzes, bronzed, bronzing)
    • brown werkwoord (browns, browned, browning)

Conjugations for bronzen:

o.t.t.
  1. brons
  2. bronst
  3. bronst
  4. bronzen
  5. bronzen
  6. bronzen
o.v.t.
  1. bronsde
  2. bronsde
  3. bronsde
  4. bronsden
  5. bronsden
  6. bronsden
v.t.t.
  1. ben gebronsd
  2. bent gebronsd
  3. is gebronsd
  4. zijn gebronsd
  5. zijn gebronsd
  6. zijn gebronsd
v.v.t.
  1. was gebronsd
  2. was gebronsd
  3. was gebronsd
  4. waren gebronsd
  5. waren gebronsd
  6. waren gebronsd
o.t.t.t.
  1. zal bronzen
  2. zult bronzen
  3. zal bronzen
  4. zullen bronzen
  5. zullen bronzen
  6. zullen bronzen
o.v.t.t.
  1. zou bronzen
  2. zou bronzen
  3. zou bronzen
  4. zouden bronzen
  5. zouden bronzen
  6. zouden bronzen
diversen
  1. brons!
  2. bronst!
  3. gebronsd
  4. bronzend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

bronzen bijvoeglijk naamwoord

  1. bronzen
    bronze
    • bronze bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor bronzen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronze brons
tan looi
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronze bronzen; bruinen
brown bronzen; bruinen
tan bronzen; bruinen leerlooien; looien; tanen; zonnen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bronze bronzen
brown bruin; bruin van kleur; ongepeld; ongeschild
tan beige; lichtbruin

Verwante woorden van "bronzen":


Wiktionary: bronzen

bronzen
adjective
  1. van brons gemaakt
verb
  1. aan iets een bronskleur geven met bronspoeder , vernis enz
bronzen
adjective
  1. made of bronze
  2. colour of brass
noun
  1. colour of brass

bron:

bron [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bron (rivierbron)
    the source; the spring; the river source
  2. de bron (waterput; wel; put)
    the well
    • well [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. de bron (inspiratiebron)
    the source of inspiration
  4. de bron (informatiebron)
    the source of information
  5. de bron (waterbron)
    the water spring
  6. de bron
    the resource
    – For Device Manager, any of four system components that control how the devices on a computer work. These four system resources are interrupt request (IRQ) lines, direct memory access (DMA) channels, input/output (I/O) ports, and memory addresses. 1
    • resource [the ~] zelfstandig naamwoord
  7. de bron
    the resource
    – For failover clusters or server clusters, a physical or logical entity that is capable of being managed by a cluster, brought online and taken offline, and moved between nodes. A resource can be owned only by a single node at any point in time. 1
    • resource [the ~] zelfstandig naamwoord
  8. de bron
    the resource
    – Generally, any part of a computer system or network, such as a disk drive, printer, or memory, that can be allotted to a running program or a process. 1
    • resource [the ~] zelfstandig naamwoord
  9. de bron
    the source
    – Audio and video content that can be captured and encoded from devices installed on your computer or from a file. 1
    • source [the ~] zelfstandig naamwoord
  10. de bron
    the resource
    – A document, slide set, or other printable output that can be imported by the meeting client. 1
    • resource [the ~] zelfstandig naamwoord
  11. de bron
    the source
    – The database in a particular operation that the operation does not modify. 1
    • source [the ~] zelfstandig naamwoord
  12. de bron
    the resource
    – Any nonexecutable data that is logically deployed with an application. A resource might be displayed in an application as error messages or as part of the user interface. Resources can contain data in a number of forms, including strings, images, and persisted objects. 1
    • resource [the ~] zelfstandig naamwoord
  13. de bron (gegevensbron)
    the source; the data source
    – A disk, file, document, or other collection of information from which data is taken or moved. 1

Vertaal Matrix voor bron:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
data source bron; gegevensbron gegevensbron
resource bron hulpbron; resource
river source bron; rivierbron
source bron; gegevensbron; rivierbron afkomst; afstamming; bakermat; bronvoorziening; herkomst; komaf; oorsprong; origine
source of information bron; informatiebron informatiebron
source of inspiration bron; inspiratiebron
spring bron; rivierbron lente; lentetijd; voorjaar; voorjaarstijd
water spring bron; waterbron
well bron; put; waterput; wel
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spring kiemen; ontkiemen; opveren; uit de kiem te voorschijn komen; veren
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
well blakend; blakend van gezondheid; fit; florerend; getraind; gezond; jawel; tja; wel; welgesteld; welnu; welvarend; zonder ziekte

Verwante woorden van "bron":


Wiktionary: bron

bron
noun
  1. daar waar men informatie vandaan haalt
  2. begin van een waterloop
bron
noun
  1. source, origin of a flow
  2. source or origin of something
  3. something that one uses to achieve an objective
  4. person, place or thing from which something comes or is acquired
  5. spring; fountainhead; collection of water
  6. reporter's informant
  7. water source
  8. hole sunk into the ground
  9. spring

Cross Translation:
FromToVia
bron spring QuelleUrsprung eines Flusses, fließenden Gewässers; Ort des augenscheinlichen oberirdischen Austritts von Gewässern
bron source; fountain QuellePerson, die über direkte Informationen verfügt
bron source; fountain QuelleUrsprung von etwas Bestimmten
bron source; fountain Quelle — wissenschaftlich auswertbares Primärmaterial
bron fount; well; fountain-head; well-spring fontaine — Translations
bron spring; well-spring; fount; fountain-head source — Endroit d’où sort l’eau