Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bridgen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bridgen (Nederlands) in het Engels

bridgen:

bridgen werkwoord (bridge, bridget, bridgede, bridgden, gebridgd)

  1. bridgen
    to play bridge
    • play bridge werkwoord (plays bridge, played bridge, playing bridge)

Conjugations for bridgen:

o.t.t.
  1. bridge
  2. bridget
  3. bridget
  4. bridgen
  5. bridgen
  6. bridgen
o.v.t.
  1. bridgde
  2. bridgde
  3. bridgede
  4. bridgden
  5. bridgden
  6. bridgden
v.t.t.
  1. heb gebridgd
  2. hebt gebridgd
  3. heeft gebridgd
  4. hebben gebridgd
  5. hebben gebridgd
  6. hebben gebridgd
v.v.t.
  1. had gebridgd
  2. had gebridgd
  3. had gebridgd
  4. hadden gebridgd
  5. hadden gebridgd
  6. hadden gebridgd
o.t.t.t.
  1. zal bridgen
  2. zult bridgen
  3. zal bridgen
  4. zullen bridgen
  5. zullen bridgen
  6. zullen bridgen
o.v.t.t.
  1. zou bridgen
  2. zou bridgen
  3. zou bridgen
  4. zouden bridgen
  5. zouden bridgen
  6. zouden bridgen
diversen
  1. bridge!
  2. gebridgd
  3. bridgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bridgen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
play bridge bridgen