Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bom (Nederlands) in het Engels
bom:
-
de bom (projectiel; granaat)
-
de bom (explosief; granaat)
Vertaal Matrix voor bom:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bomb | bom; explosief; granaat; projectiel | |
explosive | bom; explosief; granaat | explosieve stof; springstof |
grenade | bom; explosief; granaat | |
missile | bom; granaat; projectiel | raket |
projectile | bom; granaat; projectiel | |
shell | bom; explosief; granaat | behuizing; bolster; casco; cascowoning; chassis; dop; frame; geraamte; huls; omhulling; omhulsel; omkleedsel; omwindsel; peul; raamwerk; schaal; schelp; schil; schulp; shell; skelet; vel; verpakking |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bomb | bestoken; bombarderen; kanonneren; met kanon beschieten; vanuit de lucht beschieten | |
shell | bombarderen; vanuit de lucht beschieten | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
explosive | explosief; ontplofbaar |