Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Vertaal blindheid

Vertaal blindheid van Nederlands naar Engels

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

blindheid:
- lack in understanding; blindness
blind:
- shutter; blind
- blind; being unable to see; unable to see
Wiktionary:
- blindheid → blindness
- blindheid → blindness
- blind → blind
- blind → blind
- blind → sightless, blind, shutter

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor blindheid (Nederlands) in het Engels

blindheid:

blindheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de blindheid (gebrek aan inzicht)
the lack in understanding
- lack in understanding [the ~] zelfstandig naamwoord
de blindheid
the blindness
– A visual impairment that results in complete loss of vision in both eyes. ¹
- blindness [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor blindheid:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blindness	blindheid
lack in understanding	blindheid; gebrek aan inzicht

Verwante woorden van "blindheid":

blind

Wiktionary: blindheid

blindheid

noun

een toestand waarin men niet in staat is te zien
- blindheid → blindness

blindheid

noun

condition of being blind
- blindness → blindheid

Cross Translation:

From	To	Via
• blindheid	→ blindness	↔ Blindheit — Zustand des Blindseins; Unfähigkeit, sehen zu können
• blindheid	→ blindness	↔ cécité — État d’une personne aveugle.

blindheid vorm van blind:

blind [het ~] zelfstandig naamwoord

het blind (vensterluik)
the shutter
- shutter [the ~] zelfstandig naamwoord
the blind
– a protective covering that keeps things out or hinders sight ²
- blind [the ~] zelfstandig naamwoord
  - they had just moved in and had not put up blinds yet²

blind bijvoeglijk naamwoord

blind (niet zien kunnend)
blind
– unable to see ²
- blind bijvoeglijk naamwoord
  - a person is blind to the extent that he must devise alternative techniques to do efficiently those things he would do with sight if he had normal vision²
being unable to see
- being unable to see bijvoeglijk naamwoord
blind (niet kunnende zien)
unable to see
- unable to see bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor blind:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blind	blind; vensterluik	valgordijn
shutter	blind; vensterluik	luik; sluiter
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blind		afdekken; blinderen; verblinden
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blind	blind; niet zien kunnend
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
being unable to see	blind; niet zien kunnend
unable to see	blind; niet kunnende zien

Verwante woorden van "blind":

blindheid, blinden, blinds, blinde

Verwante definities voor "blind":

niet kunnen zien³
- door het ongeluk is hij aan een oog blind³

Wiktionary: blind

blind

adjective

niet in staat te zien
- blind → blind

blind

noun

covering for a window
- blind → blind

adjective

unable to see
- blind → blind

Cross Translation:

From	To	Via
• blind	→ sightless; blind	↔ blind — des Sehens nicht fähig
• blind	→ blind	↔ aveugle — Qui ne voit pas.
• blind	→ shutter	↔ volet — panneau ou battant qui protège une fenêtre