Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. beschot:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beschot (Nederlands) in het Engels

beschot:

beschot [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het beschot (lambrisering)
    the wainscotting; the panelling; the boarding; the paneling
  2. het beschot (tussenschot; afscheiding; tussenmuur; schot)
    the partition; the dividing wall

Vertaal Matrix voor beschot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boarding beschot; lambrisering instappen
dividing wall afscheiding; beschot; schot; tussenmuur; tussenschot scheidsmuur; tussenmuur; tussenwand
paneling beschot; lambrisering betimmering; houtversiering; lambrisering
panelling beschot; lambrisering betimmering; houtversiering; lambrisering
partition afscheiding; beschot; schot; tussenmuur; tussenschot afscheiding; afsluiting; dichtmaken; dwarsschot; hek; hekwerk; het afsluiten; partitie; scheiding; schijfpartitie; segregatie; sluiting; tussenmuurtje; verbreking; verdeling
wainscotting beschot; lambrisering betimmering; houtversiering; lambrisering

Verwante woorden van "beschot":

  • beschotten

Wiktionary: beschot


Cross Translation:
FromToVia
beschot partition cloison — Petit mur peu épais (1)
beschot dash-board; panel; wainscot; banner lambris — arts|fr revêtement de menuiserie, de marbre, de stuc, etc., sur les murailles d’une salle, d’une chambre, etc.
beschot plank; wainscot; banner panneau — Petit pan.
beschot wall; partition paroi — maçonnerie|fr cloison de maçonnerie qui séparer une chambre ou quelque autre pièce d’un appartement d’avec une autre.