Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. beschilderen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beschilderen (Nederlands) in het Engels

beschilderen:

beschilderen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. beschilderen
    the painting; the staining

beschilderen werkwoord (beschilder, beschildert, beschilderde, beschilderden, beschilderd)

  1. beschilderen (verven; schilderen; lakken)
    to dye; to paint
    • dye werkwoord (dyes, dyed, dyeing)
    • paint werkwoord (paints, painted, painting)

Conjugations for beschilderen:

o.t.t.
  1. beschilder
  2. beschildert
  3. beschildert
  4. beschilderen
  5. beschilderen
  6. beschilderen
o.v.t.
  1. beschilderde
  2. beschilderde
  3. beschilderde
  4. beschilderden
  5. beschilderden
  6. beschilderden
v.t.t.
  1. heb beschilderd
  2. hebt beschilderd
  3. heeft beschilderd
  4. hebben beschilderd
  5. hebben beschilderd
  6. hebben beschilderd
v.v.t.
  1. had beschilderd
  2. had beschilderd
  3. had beschilderd
  4. hadden beschilderd
  5. hadden beschilderd
  6. hadden beschilderd
o.t.t.t.
  1. zal beschilderen
  2. zult beschilderen
  3. zal beschilderen
  4. zullen beschilderen
  5. zullen beschilderen
  6. zullen beschilderen
o.v.t.t.
  1. zou beschilderen
  2. zou beschilderen
  3. zou beschilderen
  4. zouden beschilderen
  5. zouden beschilderen
  6. zouden beschilderen
diversen
  1. beschilder!
  2. beschildert!
  3. beschilderd
  4. beschilderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor beschilderen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dye kleurstof; pigment; verf
paint verf
painting beschilderen afbeelden; afschilderen; doek; het verven; schilderen; schilderij; schildering; schilderkunst; schilderstuk; tableau; verven
staining beschilderen geklodder
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dye beschilderen; lakken; schilderen; verven
paint beschilderen; lakken; schilderen; verven afbeelden; afschilderen; doen lijken; portretteren; schilderen; tekenen