Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. beginner:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beginner (Nederlands) in het Engels

beginner:

beginner [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de beginner (beginneling; aspirant)
    the beginner; the starter
    • beginner [the ~] zelfstandig naamwoord
    • starter [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor beginner:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beginner aspirant; beginneling; beginner beginnelinge; beginster; nieuweling; nieuwkomer; starter
starter aspirant; beginneling; beginner beginster; bieder; inzetter; starter; voorgerecht

Verwante woorden van "beginner":


Wiktionary: beginner

beginner
noun
  1. beginner
  2. newbie
  3. A new member of an organization
  4. someone who just recently started

Cross Translation:
FromToVia
beginner amateur; dilettante Dilettant — Liebhaber von etwas ohne professionelle Kenntnisse (heute meist abwertend gebraucht)