Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. anglicaans:
  2. anglicaan:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor anglicaans (Nederlands) in het Engels

anglicaans:

anglicaans bijvoeglijk naamwoord

  1. anglicaans
    anglican

Vertaal Matrix voor anglicaans:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anglican anglicaans

Verwante woorden van "anglicaans":


Wiktionary: anglicaans

anglicaans
adjective
  1. relating to one of several churches

Cross Translation:
FromToVia
anglicaans Anglican anglican — Qui appartenir à l’anglicanisme.

anglicaans vorm van anglicaan:

anglicaan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de anglicaan (anglicaanse)
    the Anglican
    • Anglican [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor anglicaan:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anglican anglicaan; anglicaanse

Verwante woorden van "anglicaan":


Wiktionary: anglicaan


Cross Translation:
FromToVia
anglicaan Anglican anglican — Substantif de l’adjectif, en parlant des personne.