Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. amandel:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor amandel:
    • almond


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor amandel (Nederlands) in het Engels

amandel:

amandel [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de amandel (tonsil)
    the tonsil
    • tonsil [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor amandel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tonsil amandel; tonsil

Verwante woorden van "amandel":

  • amandelen, amandels, amandeltje, amandeltjes

Wiktionary: amandel

amandel
noun
  1. nut
  2. -

Cross Translation:
FromToVia
amandel almond MandelBotanik: der essbare Same einer ungenießbaren Steinfrucht
amandel almond MandelBotanik: der Baum, an dem [1] wächst (Prunus dulcis)
amandel almond amandefruit de l’amandier enfermer dans une coque de goût plus ou moins amer suivant les espèces, de forme oblongue, recouvrir d’une écale verte.
amandel almond tree amandierarbre de la famille des rosacé, qui porter les amandes.
amandel tonsil amygdale — glande buccale
amandel tonsil tonsilleamygdale.