Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- alledaagsheid:
- alledaags:
-
Wiktionary:
- alledaags → everyday, quotidian, run-of-the-mill
- alledaags → banal, commonplace, everyday, hackneyed, daily, mundane, workaday
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor alledaagsheid (Nederlands) in het Engels
alledaagsheid:
-
de alledaagsheid (platitude; gewoonheid)
Vertaal Matrix voor alledaagsheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
commonness | alledaagsheid; gewoonheid; platitude | algemeenheid; gangbaarheid; gebruikelijkheid |
ordinariness | alledaagsheid; gewoonheid; platitude | |
plainness | alledaagsheid; gewoonheid; platitude | eenvoud; simpelheid; soberheid |
Verwante woorden van "alledaagsheid":
alledaagsheid vorm van alledaags:
-
alledaags (niets bijzonders; ordinair; gewoon; eenvoudig)
ordinary; common; plain; ordinarily-
ordinary bijvoeglijk naamwoord
-
common bijvoeglijk naamwoord
-
plain bijvoeglijk naamwoord
-
ordinarily bijwoord
-
Vertaal Matrix voor alledaags:
Verwante woorden van "alledaags":
Wiktionary: alledaags
alledaags
Cross Translation:
adjective
alledaags
-
gewoon, normaal, niet ongewoon
- alledaags → everyday
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• alledaags | → banal; commonplace; everyday; hackneyed | ↔ banal — (figuré) Qui se met à la disposition de tout le monde. |
• alledaags | → daily; everyday; mundane; workaday | ↔ quotidien — De chaque jour. (Sens général). |