Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- adres:
- Wiktionary:
-
Gebruikers suggesties voor adres:
- adress
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor adres (Nederlands) in het Engels
adres:
-
het adres (adressering)
-
het adres (e-mailadres; internet-e-mailadres)
the address; the email address; the e-mail address; the internet e-mail address– A string that identifies a user so that the user can receive Internet email. An e-mail address on the Internet typically consists of an account name, followed by the @ (at) symbol, a host name, and a domain name. 1 -
het adres
-
het adres
Vertaal Matrix voor adres:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
address | adres; adressering; e-mailadres; internet-e-mailadres | lezing; rede; redevoering; speech; spreekbeurt; toespraak; voordracht; woonplaats |
addressing | adres; adressering | aanspreken; adressering; benaderen; spreken tot; toespreken |
e-mail address | adres; e-mailadres; internet-e-mailadres | |
email address | adres; e-mailadres; internet-e-mailadres | |
internet e-mail address | adres; e-mailadres; internet-e-mailadres | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
address | aanspreken; adres aanbrengen; adresseren; toespreken; verwijzen |
Verwante woorden van "adres":
Verwante definities voor "adres":
Wiktionary: adres
adres
Cross Translation:
noun
adres
-
aanduiding van de plaats waar iemand woont of iets is gevestigd
- adres → address
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• adres | → address | ↔ Adresse — Anschrift, an der man Personen antreffen und an die man Post senden kann |
• adres | → address | ↔ adresse — indication, désignation, soit du destinataire, soit de la destination où il falloir aller ou envoyer. |
• adres | → address | ↔ suscription — adresse écrire sur le pli extérieur ou l’enveloppe d’une lettre. |