Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- vermoeidheid:
- vermoeid:
-
Wiktionary:
- vermoeidheid → tiredness, fatigue
- vermoeidheid → weary
- vermoeidheid → abatement, weakness, exhaustion, indolence, lifelessness, melancholy, dejection, depression, gloom, melancholia, grief, sadness, sorrow, fatigue, weariness, consternation, alarm, dismay, demand, sale, deduction, subtraction, apathy
- vermoeid → tired, spent
-
Gebruikers suggesties voor vermoeidheid:
- fatique
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vermoeidheid (Nederlands) in het Engels
vermoeidheid:
-
de vermoeidheid (afmatting; moeheid; uitputting)
Vertaal Matrix voor vermoeidheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
exhaustion | afmatting; moeheid; uitputting; vermoeidheid | |
fatigue | afmatting; moeheid; uitputting; vermoeidheid | |
tiredness | afmatting; moeheid; uitputting; vermoeidheid | |
weariness | afmatting; moeheid; uitputting; vermoeidheid | verveling |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
fatigue | afmatten; moe maken; slopen; uitputten; vermoeid raken; vermoeien |
Verwante woorden van "vermoeidheid":
Wiktionary: vermoeidheid
vermoeidheid
vermoeidheid
Cross Translation:
adjective
-
feeling of being mentally fatigued
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vermoeidheid | → abatement; weakness; exhaustion; indolence; lifelessness; melancholy; dejection; depression; gloom; melancholia; grief; sadness; sorrow; fatigue; weariness; consternation; alarm; dismay; demand; sale; deduction; subtraction; apathy | ↔ abattement — diminution rapide, d’une durée plus ou moins longue, des forces physiques et des fonctions psychiques. |
• vermoeidheid | → fatigue; weariness | ↔ fatigue — Sensation de faiblesse physique |
vermoeidheid vorm van vermoeid:
Vertaal Matrix voor vermoeid:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
weary | moe worden; vermoeien | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
tired | gaar; moe; vermoeid | beu; mat; niet uitbundig; uitgeput |
weary | gaar; moe; vermoeid | mat; niet uitbundig |