Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- afstaan:
-
Wiktionary:
- afstaan → abandonment, surrender, open up, let oneself go, give up, renounce, resign, forgo, abandon, desert, forsake, leave, quit, cede, yield, give way, grant, accommodate, assign, abdication, disownment, abdicate, submit, drop, back up, pull back, push back, set back, delay, recoil, go backward, fall back, resist, flinch, step back, recede, regress, retrogress, postpone, adjourn, defer, procrastinate, shelve, put off
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor afstaan (Nederlands) in het Engels
afstaan:
-
afstaan (overgeven)
Conjugations for afstaan:
o.t.t.
- sta af
- staat af
- staat af
- staan af
- staan af
- staan af
o.v.t.
- stond af
- stond af
- stond af
- stonden af
- stonden af
- stonden af
v.t.t.
- heb afgestaan
- hebt afgestaan
- heeft afgestaan
- hebben afgestaan
- hebben afgestaan
- hebben afgestaan
v.v.t.
- had afgestaan
- had afgestaan
- had afgestaan
- hadden afgestaan
- hadden afgestaan
- hadden afgestaan
o.t.t.t.
- zal afstaan
- zult afstaan
- zal afstaan
- zullen afstaan
- zullen afstaan
- zullen afstaan
o.v.t.t.
- zou afstaan
- zou afstaan
- zou afstaan
- zouden afstaan
- zouden afstaan
- zouden afstaan
diversen
- sta af!
- staat af!
- afgestaan
- afstaande
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
afstaan (aflevering; uitlevering; overdracht)
Vertaal Matrix voor afstaan:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
delivery | aflevering; afstaan; overdracht; uitlevering | aanbieding; afgifte; aflevering; bestelling; bevalling; bezorging; declamatie; editie; geboorte; geleverde; leverantie; levering; oplevering; overhandiging; uitgave; uitlevering; verlossing; versvoordracht; voordracht; wijze van voordracht; zending |
yield | baat; gewin; oogst; opbrengst; opbrengst van een gewas; product; profijt; rendement; rentabiliteit; uitkomst; voortbrengsel; winst | |
yielding | aflevering; afstaan; overdracht; uitlevering | opgave van de strijd; overgeven |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
cede | afstaan; overgeven | |
yield | afstaan; overgeven | akkoord gaan; instemmen |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
yielding | buigzaam; flexibel; gedwee; gewillig; inschikkelijk; meegaand; soepel; toegeeflijk; toegevend |
Wiktionary: afstaan
Cross Translation: