Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Zoek: bord

Nederlandse en Engelse zoekresultaten voor: bord

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

bord:
- plate; dinner plate; black board; chalk board; billboard; advertisement-board
Wiktionary:
- bord → dish, board, blackboard, plate, sign
- bord → plate, sign, shield, signboard, plaque, ensign, suit, plank, wainscot, banner, board, patch, shelf

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bord (Nederlands) in het Engels

bord:

bord [het ~] zelfstandig naamwoord

het bord (eetbord)
the plate; the dinner plate
- plate [the ~] zelfstandig naamwoord
- dinner plate [the ~] zelfstandig naamwoord
het bord (schoolbord)
the black board; the chalk board
- black board [the ~] zelfstandig naamwoord
- chalk board [the ~] zelfstandig naamwoord
het bord (reclamebord)
the billboard; the advertisement-board
- billboard [the ~] zelfstandig naamwoord
- advertisement-board [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bord:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
advertisement-board	bord; reclamebord
billboard	bord; reclamebord
black board	bord; schoolbord
chalk board	bord; schoolbord
dinner plate	bord; eetbord
plate	bord; eetbord	hoefbeslag; hoefijzer; plaat; tafelzilver; zilveren bestek

Verwante woorden van "bord":

borden

Verwante definities voor "bord":

houten of kartonnen blad met vakjes¹
- zet het schaakbord maar vast klaar!¹
plaat met een tekst of een teken¹
- op het bord stond: verboden in te rijden¹
stuk servies waar je van eet¹
- ik kreeg aardappels op mijn bord¹

Wiktionary: bord

bord

noun

contents of such a vessel
- dish → bord; gerecht
vessel for holding/serving food
- dish → taloor; bord
blackboard, whiteboard, etc.
- board → bord
device containing electrical switches
- board → controlebord; bord; paneel
a surface that can be written upon with chalk
- blackboard → bord; schoolbord
dish from which food is served or eaten
- plate → bord; dienblad
flat object bearing a message
- sign → bord; markering

Cross Translation:

From	To	Via
• bord	→ plate	↔ Teller — runder, meist flacher Teil des Essgeschirrs, auf dem die Speisen vor dem Verzehr angerichtet werden
• bord	→ sign; shield; signboard; plaque; ensign; suit	↔ enseigne — marque, indice servir à faire reconnaître quelque chose. Dans ce sens, il ne s’employer qu’au pluriel dans la locution adverbiale À bonnes enseignes et la locution conjonctive À telles enseignes* que*.
• bord	→ plank; wainscot; banner	↔ panneau — Petit pan.
• bord	→ board; plank; patch; plate; shelf	↔ planche — ais de bois, mince et long

¹Muiswerk Woordenboek