Nederlands
Uitgebreide vertaling voor toost (Nederlands) in het Engels
toost:
-
de toost (heildronk)
-
de toost (geroosterd brood; toast; toostbrood)
Vertaal Matrix voor toost:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
benediction | heildronk; toost | gezegende toestand; heil; heilwens; voorspoed; zaligheid; zegen; zegenen; zegening |
congratulation | heildronk; toost | felicitatie; gelukwens |
congratulatory message | heildronk; toost | felicitatie; gelukwens |
felicitation | heildronk; toost | felicitatie; gelukwens |
toast | geroosterd brood; heildronk; toast; toost; toostbrood | eer; hulde; verering |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
toast | proosten |
Verwante woorden van "toost":
toosten:
-
toosten (een toost uitbrengen)
Conjugations for toosten:
o.t.t.
- toost
- toost
- toost
- toosten
- toosten
- toosten
o.v.t.
- toostte
- toostte
- toostte
- toostten
- toostten
- toostten
v.t.t.
- heb getoost
- hebt getoost
- heeft getoost
- hebben getoost
- hebben getoost
- hebben getoost
v.v.t.
- had getoost
- had getoost
- had getoost
- hadden getoost
- hadden getoost
- hadden getoost
o.t.t.t.
- zal toosten
- zult toosten
- zal toosten
- zullen toosten
- zullen toosten
- zullen toosten
o.v.t.t.
- zou toosten
- zou toosten
- zou toosten
- zouden toosten
- zouden toosten
- zouden toosten
en verder
- ben getoost
- bent getoost
- is getoost
- zijn getoost
- zijn getoost
- zijn getoost
diversen
- toost!
- toost!
- getoost
- toostend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
de toosten (heildronken)
Vertaal Matrix voor toosten:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
toasts | heildronken; toosten | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
drink health to | een toost uitbrengen; toosten |
Verwante woorden van "toosten":
Computer vertaling door derden: