Nederlands

Uitgebreide vertaling voor guurheid (Nederlands) in het Engels

guurheid:

guurheid [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. guurheid
    the rawness; the roughness

Vertaal Matrix voor guurheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rawness guurheid
roughness guurheid borsteligheid; grofheid; hardhandigheid; hobbeligheid; oneffenheid; ruigheid; ruw van makelij; ruwheid

Verwante woorden van "guurheid":


Wiktionary: guurheid


Cross Translation:
FromToVia
guurheid acrimony; sharpness; acuity; harshness; poignancy acrimonieagressivité verbale due à une mauvaise humeur.
guurheid acuity; sharpness; poignancy acuitéqualité de ce qui est aigu.
guurheid delicacy; elegance; subtlety finessequalité de ce qui est fin, délié ou menu.
guurheid acridity; acridness; sharpness; acrimony; acuity; harshness; poignancy; bitterness; acerbity; sourness âcretéqualité de ce qui est âcre.
guurheid sharpness; acrimony; acuity; harshness; poignancy âpretéqualité de ce qui est âpre.

guurheid vorm van guur:

guur bijvoeglijk naamwoord

  1. guur (kil)
    bleak; chilly; cold; chilli
    • bleak bijvoeglijk naamwoord
    • chilly bijvoeglijk naamwoord, Brits
    • cold bijvoeglijk naamwoord
    • chilli bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans

Vertaal Matrix voor guur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cold afstandelijkheid; frisheid; gereserveerdheid; kilte; koelheid; koelte; kou; koude; koudheid; verkouden; verkoudheid
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bleak guur; kil sfeerloos; zonder sfeer
chilli guur; kil afstandelijk; fris; frisjes; kil; koel; koeltjes; koud; koud en vochtig; kouwelijk
chilly guur; kil afstandelijk; fris; frisjes; kil; koel; koeltjes; koud; koud en vochtig; kouwelijk
cold guur; kil afstandelijk; cold; kil; koel; koud; koud en vochtig; laag van temperatuur

Verwante woorden van "guur":


Wiktionary: guur

guur
adjective
  1. desolate and exposed

Cross Translation:
FromToVia
guur acerbic; vinegary; acrid; acrimonious; acidulous; astringent acerbe — Qui est d’un goût âpre, se dit d’un vin acide, dur et âpre
guur sour; bitter; acrid; tart aigre — Qui a une saveur acide et amère provoquant un sentiment désagréable.
guur sharp; acute; shrill; nasty; racy; lurid; acrid; acrimonious; keen; poignant; waspish; strident aigu — Qui a un aspect pointu, tranchant, voire déchirer.
guur sharp coupant — Qui couper.
guur bitter; acrid cuisant — Qui produire une douleur âpre et aiguë.
guur fine; subtle; delicate; light; thin; keen; acute findélié, menu, mince ou étroit.
guur incisive; sharp; acute; keen; poignant incisif — Qui couper ou qui est propre à couper.
guur biting; sharp; acrid; acrimonious; keen; poignant; waspish; acute mordant — didact|fr Qui mordre.
guur piercing; shrill; sharp; sharp-toned; waspish; acute perçant — Qui percer, qui pénétrer.
guur sharp; trenchant; spicy; nasty; racy; lurid; acrid; acrimonious; keen; poignant; waspish; acute piquant — Qui piquer.
guur pointed; sharp; keen pointu — Qui se termine en pointe
guur penetrating pénétrant — Qui pénétrer.
guur salient; noteworthy; remarkable; notable saillant — Qui avancer, qui sortir en dehors.
guur lurid; acrid; acrimonious; poignant; waspish; acute; perky; vivacious; alert; brisk; adroit; sprightly; vigorous; spry; active vif — Qui est en vie.
guur acrid; harsh; bitter; acrimonious; lurid; sharp; keen; poignant; waspish; acute âcre — Qui a quelque chose de piquant et d’irritant.
guur acrid; harsh; keen; acerbic; acidulous; astringent âpre — Qui, par sa rudesse ou son âcreté, produit une sensation désagréable aux organes du toucher, de l’ouïe ou du goût.