Nederlands
Uitgebreide vertaling voor tippen (Nederlands) in het Engels
tippen:
-
tippen (van iets in kennis stellen; informeren; op de hoogte brengen; verwittigen; waarschuwen; inlichten)
-
tippen (aanstippen; aantippen)
Conjugations for tippen:
o.t.t.
- tip
- tipt
- tipt
- tippen
- tippen
- tippen
o.v.t.
- tipte
- tipte
- tipte
- tipten
- tipten
- tipten
v.t.t.
- heb getipt
- hebt getipt
- heeft getipt
- hebben getipt
- hebben getipt
- hebben getipt
v.v.t.
- had getipt
- had getipt
- had getipt
- hadden getipt
- hadden getipt
- hadden getipt
o.t.t.t.
- zal tippen
- zult tippen
- zal tippen
- zullen tippen
- zullen tippen
- zullen tippen
o.v.t.t.
- zou tippen
- zou tippen
- zou tippen
- zouden tippen
- zouden tippen
- zouden tippen
en verder
- ben getipt
- bent getipt
- is getipt
- zijn getipt
- zijn getipt
- zijn getipt
diversen
- tip!
- tipt!
- getipt
- tippend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor tippen:
Verwante woorden van "tippen":
tip:
-
de tip (aanwijzing; vingerwijzing; vingerwenk; wenk)
-
de tip
the tip– A type of note that helps users apply the techniques and procedures described in the text to their specific needs. A tip suggests alternative methods that may not be obvious and helps users understand the benefits and capabilities of the product. A tip is not essential to the basic understanding of the text. 2
Vertaal Matrix voor tip:
Verwante woorden van "tip":
Wiktionary: tip
tip
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• tip | → peak; point; summit; tip; apex; highlight; zenith; acme; end; ending; conclusion; finish; termination | ↔ bout — partie extrême d’une chose. |
• tip | → peak; point; summit; tip; apex; highlight; zenith; acme; climax; culmination | ↔ cime — La partie la plus haute d’une montagne, d’un rocher, d’un arbre, etc. |
• tip | → peak; point; summit; tip; apex; highlight; zenith; acme | ↔ pointe — extrémité piquante et aiguë de quelque chose que ce être. |
Engels
Uitgebreide vertaling voor tippen (Engels) in het Nederlands
tippen: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- tip: tip; wenk; vingerwijzing; vingerwenk; uiteinde; fooi; spoor; aanwijzing; topje; spits; centrumspits; top; hoogst haalbare; punt
- pen: pen; balpen; ballpoint; stal; hok; dierenverblijfplaats; schaapskooi; griffel; schrijfstift; grift; schapenstal; schapehok; box; babybox; schrijfstiften