Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- rustigheid:
-
rustig:
- calm; equanimous; composed; placid; cool; collected; quiet; peaceful; serene; tranquil; restful; calmly; quietly; still; uneventful; silent; unemotional
- steady; stationary
-
Wiktionary:
- rustigheid → calmness, composure, peacefulness, stillness, tranquility, deadlock, immobility, inaction, stagnation, repose, rest, break, intermission, pause, recess, interlude, lull, respite, interval, calm, quiet
- rustig → quiet, lithe, cool, calm, relaxed, tranquil
- rustig → tranquilly
- rustig → unhurried, leisurely, gently, quiet, silent, still, calm, tranquil
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor rustigheid (Nederlands) in het Engels
rustigheid:
Vertaal Matrix voor rustigheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
calmness | kalmte; rust; rustigheid; vrede | bedaardheid; geduld; gemak; kalmheid |
quietness | kalmte; rust; rustigheid; vrede | ingetogenheid; makheid; tamheid; zedigheid |
tranquility | kalmte; rust; rustigheid; vrede | |
tranquillity | kalmte; rust; rustigheid; vrede |
Verwante woorden van "rustigheid":
Wiktionary: rustigheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rustigheid | → calmness; composure; peacefulness; stillness; tranquility; deadlock; immobility; inaction; stagnation; repose; rest; break; intermission; pause; recess; interlude; lull; respite; interval; calm; quiet | ↔ repos — privation, cessation de mouvement, d’activité ou d’effort,. |
rustig:
-
rustig (gelijkmoedig; bedaard; kalm)
-
rustig (kalm; sereen; bedaard; onbewogen; gelijkmoedig; kalmpjes)
quiet; peaceful; serene; tranquil; restful; calm; placid; calmly; composed; still; uneventful; silent; unemotional; collected-
quiet bijvoeglijk naamwoord
-
peaceful bijvoeglijk naamwoord
-
serene bijvoeglijk naamwoord
-
tranquil bijvoeglijk naamwoord
-
restful bijvoeglijk naamwoord
-
calm bijvoeglijk naamwoord
-
placid bijvoeglijk naamwoord
-
calmly bijwoord
-
composed bijvoeglijk naamwoord
-
still bijvoeglijk naamwoord
-
uneventful bijvoeglijk naamwoord
-
silent bijvoeglijk naamwoord
-
unemotional bijvoeglijk naamwoord
-
collected bijvoeglijk naamwoord
-
-
rustig (gerust)
-
rustig (gedeisd; bedaard; stil; kalm)
-
rustig (sereen; stil; vreedzaam; vredig; bedaard; kalm; kalmpjes)
-
rustig (rustig aan; kalmpjes; stilletjes aan)
-
rustig (even)
Vertaal Matrix voor rustig:
Verwante woorden van "rustig":
Synoniemen voor "rustig":
Antoniemen van "rustig":
Verwante definities voor "rustig":
Wiktionary: rustig
rustig
Cross Translation:
adjective
rustig
-
kalm, weinig sensorische prikkels creërend
- rustig → quiet
adjective
-
mild, calm
-
colloquial: not upset
-
free of noise and disturbance
-
with little sound
- quiet → stil; rustig; vredig; geruisloos; geluidloos
-
having little motion
-
not busy
-
not talking
-
having an easy-going mood
-
-
-
in a tranquil manner
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rustig | → unhurried; leisurely; gently | ↔ gemächlich — langsam, ohne Eile |
• rustig | → quiet; silent; still | ↔ ruhig — ursprüngliche Bedeutung: von der Arbeit rastend und damit frei von jeder Mühe und Beschäftigung |
• rustig | → calm | ↔ calme — Qui est sans turbulence, sans agitation, tant au sens physique qu’au sens moral. |
• rustig | → tranquil; leisurely; calm | ↔ tranquille — Qui est paisible, calme, sans agitation. |