Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
flat
|
|
afvlakken; appartement; etagewoning; flat; klapband; wad
|
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
close
|
|
afsluiten; dichtdoen; dichten; dichtgaan; dichtmaken; dichtstoppen; dichtvallen; sluiten; stoppen; toedoen; toedraaien; toemaken; toetrekken; toevallen; zich sluiten
|
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
dusty
|
muf; stoffig
|
|
fuggy
|
muf; stoffig
|
|
fusty
|
muf; stoffig
|
duf; suf
|
muggy
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
benauwd; broeierig; zwoel
|
musty
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf; stoffig
|
|
stale
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf; onfris; oubakken; oud; oudbakken; plat; stoffig; verschaald
|
belegen
|
stifling
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
adembenemend; verstikkend
|
stuffy
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf; stoffig
|
benauwd; broeierig; zwoel
|
sultry
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
benauwd; broeierig; zwoel
|
sweltering
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
benauwd; broeiend; broeierig; zwoel
|
unsavory
|
muf; onfris
|
banaal; flauw; grof; laag-bij-de-grond; lomp; onappetijtelijk; onsmakelijk; onverkwikkelijk; plat; platvloers; schunnig; smakeloos; stuitend; triviaal; vunzig; walgelijk; zonder smaak; zouteloos
|
unsavoury
|
muf; onfris
|
banaal; flauw; grof; laag-bij-de-grond; lomp; onappetijtelijk; onsmakelijk; onverkwikkelijk; plat; platvloers; schunnig; smakeloos; stuitend; triviaal; vunzig; walgelijk; zonder smaak; zouteloos
|
vapid
|
muf; onfris
|
banaal; grof; laag-bij-de-grond; lomp; plat; platvloers; schunnig; smakeloos; stijlloos; triviaal; vunzig
|
-
|
benauwd; oud
|
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
close
|
|
dichtbij; in de buurt; nabij; nabijgelegen; vlakbij
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
close
|
bedompt; benauwd; drukkend; muf
|
effen; egaal; eindig; gehecht; gelijk; geslepen; glad; plat; rakelings; strak; ternauwernood; vergankelijk; verknocht; vlak; vlakuit; voorbijgaand
|
flat
|
muf; onfris; oubakken; oud; oudbakken; plat; verschaald
|
effen; egaal; flauwtjes; gelijk; geslepen; glad; mol; plat; strak; toonloos; vlak; vlakuit; zonder toon; zouteloos
|