Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. landbouw:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor landbouw (Nederlands) in het Engels

landbouw:

landbouw [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de landbouw (akkerbouw)
    the agriculture; the arable farming

Vertaal Matrix voor landbouw:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agriculture akkerbouw; landbouw landbouwbedrijf; landbouwkunde
arable farming akkerbouw; landbouw

Wiktionary: landbouw

landbouw
noun
  1. het cultiveren van land voor de voortbrengst van voedsel en andere nuttige producten
landbouw
noun
  1. the art or science of cultivating the ground

Cross Translation:
FromToVia
landbouw farming; agriculture; husbandry Landwirtschaftohne Plural: der zielgerichtete, wirtschaftliche Anbau von Pflanzen (Ackerbau, Gartenbau, Obstbau, Weinbau) und die zielgerichtete, wirtschaftliche Nutzung und Zucht von domestizierten Tieren (Viehzucht)
landbouw farming Ackerbau — Form der Bodennutzung, die auf dem Prinzip regelmäßiger Bearbeitung und nachfolgender pflanzlicher Produktion beruht
landbouw agriculture agricultureensemble des activités économiques avoir principalement pour objet la culture des terres, et d’une manière générale « l’ensemble des travaux transformer le milieu naturel pour la production de végétal et d’animal [

Verwante vertalingen van landbouw