Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. stank:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor stank:
    • reek
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. stink:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stank (Nederlands) in het Engels

stank:

stank [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de stank (kwade reuk)
    the stench; the nasty smell; the bad odour; the bad smell; the stink

Vertaal Matrix voor stank:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bad odour kwade reuk; stank
bad smell kwade reuk; stank
nasty smell kwade reuk; stank
stench kwade reuk; stank
stink kwade reuk; stank
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stink een luchtje hebben; geuren; meuren; rieken; ruiken; stinken; walmen

Verwante woorden van "stank":

  • stanken

Wiktionary: stank

stank
noun
  1. een sterke, stinkende geur
stank
noun
  1. unpleasant smell
  2. sensation
  3. a strong foul smell, a stink
  4. strong bad smell

Cross Translation:
FromToVia
stank stench Gestank — übler, unangenehmer Geruch
stank miasma; fetor; stench MiasmaMedizin: in der klassischen Medizin:Krankheit auslösender Stoff in der Luft oder der Erde
stank miasma; fetor; stench Miasma — das Miasma, der Gestank, der Mief
stank stink; fug; frowst Mief — (umgangssprachlich) schlechte, abgestandene, stickige Luft in einem ungelüfteten Raum
stank stink; stench puanteur — Odeur fétide



Engels

Uitgebreide vertaling voor stank (Engels) in het Nederlands

stink:

to stink werkwoord (stinks, stank, stinking)

  1. to stink (smell; have something fishy about it)
    stinken; meuren; een luchtje hebben; rieken; walmen; geuren
    • stinken werkwoord (stink, stinkt, stonk, stonken, gestonken)
    • meuren werkwoord (meur, meurt, meurde, meurden, gemeurd)
    • een luchtje hebben werkwoord
    • rieken werkwoord (riek, riekt, riekte, riekten, geriekt)
    • walmen werkwoord (walm, walmt, walmde, walmden, gewalmd)
    • geuren werkwoord (geur, geurt, geurde, geurden, gegeurd)
    ruiken
    – een geur verspreiden 1
    • ruiken werkwoord (ruik, ruikt, rook, roken, geroken)
      • dat parfum ruikt heerlijk1

Conjugations for stink:

present
  1. stink
  2. stink
  3. stinks
  4. stink
  5. stink
  6. stink
simple past
  1. stank
  2. stank
  3. stank
  4. stank
  5. stank
  6. stank
present perfect
  1. have stunk
  2. have stunk
  3. has stunk
  4. have stunk
  5. have stunk
  6. have stunk
past continuous
  1. was stinking
  2. were stinking
  3. was stinking
  4. were stinking
  5. were stinking
  6. were stinking
future
  1. shall stink
  2. will stink
  3. will stink
  4. shall stink
  5. will stink
  6. will stink
continuous present
  1. am stinking
  2. are stinking
  3. is stinking
  4. are stinking
  5. are stinking
  6. are stinking
subjunctive
diverse
  1. stink!
  2. let's stink!
  3. stinked
  4. stinking
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

stink [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the stink (stench; nasty smell; bad odour; bad smell)
    de stank; kwade reuk
    • stank [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kwade reuk [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor stink:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwade reuk bad odour; bad smell; nasty smell; stench; stink
stank bad odour; bad smell; nasty smell; stench; stink
- fetor; foetor; malodor; malodour; mephitis; reek; stench
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
een luchtje hebben have something fishy about it; smell; stink
geuren have something fishy about it; smell; stink show off; smell
meuren have something fishy about it; smell; stink be asleep; sleep; snooze
rieken have something fishy about it; smell; stink smell
ruiken have something fishy about it; smell; stink smell
stinken have something fishy about it; smell; stink
walmen have something fishy about it; smell; stink fumigate; smoke
- reek

Verwante woorden van "stink":


Synoniemen voor "stink":

  • malodor; malodour; stench; reek; fetor; foetor; mephitis; smell; odor; odour; olfactory sensation; olfactory perception
  • be
  • reek; smell; stink up; stink out

Verwante definities voor "stink":

  1. a distinctive odor that is offensively unpleasant2
  2. smell badly and offensively2
  3. be extremely bad in quality or in one's performance2
    • This term paper stinks!2

Wiktionary: stink

stink
verb
  1. have a strong bad smell
  2. give an impression of dishonesty or untruth
noun
  1. strong bad smell
stink
verb
  1. een onaangename geur hebben

Cross Translation:
FromToVia
stink stank Mief — (umgangssprachlich) schlechte, abgestandene, stickige Luft in einem ungelüfteten Raum
stink stank puanteur — Odeur fétide
stink stinken puersentir mauvais.