Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. integer:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. integer:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor integer (Nederlands) in het Engels

integer:

integer bijvoeglijk naamwoord

  1. integer (onbesproken; onkreukbaar; rechtschapen)
    upright; incorruptible; undiscussed

Vertaal Matrix voor integer:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
incorruptible integer; onbesproken; onkreukbaar; rechtschapen onomkoopbaar
upright integer; onbesproken; onkreukbaar; rechtschapen braaf; eerlijk; ongeveinsd; open; oprecht; overeind; rechtgeaard; rechtop; rechtopstaand; rechtschapen; rechtvaardig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
undiscussed integer; onbesproken; onkreukbaar; rechtschapen

Verwante woorden van "integer":

  • integere

Wiktionary: integer

integer
adjective
  1. showing integrity, fairness, moral uprightness



Engels

Uitgebreide vertaling voor integer (Engels) in het Nederlands

integer:

integer [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the integer
    – A natural number, zero, or the negative of a natural number. 1
  2. the integer
    – A data type representing whole numbers. Calculations involving only integers are much faster than calculations involving floating-point numbers, so integers are widely used in programming for counting and numbering purposes. Integers can be signed (positive or negative) or unsigned (positive). They can also be described as long or short, depending on the number of bytes needed to store them. Short integers, stored in 2 bytes, cover a smaller range of numbers (for example, -32,768 through 32,767) than do long integers (for example, -2,147,483,648 through 2,147,483,647), which are stored in 4 bytes. 1

Vertaal Matrix voor integer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- whole number
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
geheel getal integer whole number

Synoniemen voor "integer":


Verwante definities voor "integer":

  1. any of the natural numbers (positive or negative) or zero2
    • an integer is a number that is not a fraction2
  2. A natural number, zero, or the negative of a natural number.1
  3. A data type representing whole numbers. Calculations involving only integers are much faster than calculations involving floating-point numbers, so integers are widely used in programming for counting and numbering purposes. Integers can be signed (positive or negative) or unsigned (positive). They can also be described as long or short, depending on the number of bytes needed to store them. Short integers, stored in 2 bytes, cover a smaller range of numbers (for example, -32,768 through 32,767) than do long integers (for example, -2,147,483,648 through 2,147,483,647), which are stored in 4 bytes.1

Wiktionary: integer

integer
noun
  1. integer

Cross Translation:
FromToVia
integer compleet; gans; heel; geheel; vol; volkomen; volslagen; totaal; volledig entier — Qui a toutes ses parties, ou que l’on considérer dans toute son étendue.
integer geheel getal entier relatif — (mathématiques) entier naturel muni d’un signe positif (+) ou négatif (). note l’absence de signe lors de l’écriture d’un nombre présume que celui-ci est positif.