Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- strakheid:
- strak:
-
Wiktionary:
- strakheid → calmness, composure, peacefulness, stillness, tranquility, deadlock, immobility, inaction, stagnation, repose, rest, break, intermission, pause, recess, interlude, lull, respite, interval, calm, quiet
- strak → tense
- strak → rigid, steep, abrupt, off-hand, off-handed, stringent, tense, tight, stiff
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor strakheid (Nederlands) in het Engels
strakheid:
-
de strakheid (spanning; gespannenheid)
Vertaal Matrix voor strakheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
strain | gespannenheid; spanning; strakheid | bloeddruk; concentratie; fysieke inspanning; gespannenheid; ingespannenheid; inspanning; krachtsinspanning; last; moeite; poging; soesa; tensie |
tenseness | gespannenheid; spanning; strakheid | concentratie; gespannenheid; ingespannenheid |
tension | gespannenheid; spanning; strakheid | nervositeit; zenuwachtigheid |
tightness | gespannenheid; spanning; strakheid | beklemdheid; benauwdheid; concentratie; engte; gebrek; gespannenheid; gevoel van beklemming; ingespannenheid; krapte; nauwheid; schaarsheid; schaarste; smalheid; smalte; tekort |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
strain | strekken |
Verwante woorden van "strakheid":
Wiktionary: strakheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• strakheid | → calmness; composure; peacefulness; stillness; tranquility; deadlock; immobility; inaction; stagnation; repose; rest; break; intermission; pause; recess; interlude; lull; respite; interval; calm; quiet | ↔ repos — privation, cessation de mouvement, d’activité ou d’effort,. |
strak:
-
strak (nauwsluitend; nauw)
-
strak (star; verstard)
-
strak (vlak; effen; gelijk; egaal; glad; geslepen; plat; vlakuit)
smooth; flat; level; even; uniform; coarse; unwavering; crude; vulgar; point blank; flatly; bluntly; close by; close-
smooth bijvoeglijk naamwoord
-
flat bijvoeglijk naamwoord
-
level bijvoeglijk naamwoord
-
even bijvoeglijk naamwoord
-
uniform bijvoeglijk naamwoord
-
coarse bijvoeglijk naamwoord
-
unwavering bijvoeglijk naamwoord
-
crude bijvoeglijk naamwoord
-
vulgar bijvoeglijk naamwoord
-
point blank bijvoeglijk naamwoord
-
flatly bijwoord
-
bluntly bijwoord
-
close by bijvoeglijk naamwoord
-
close bijvoeglijk naamwoord
-
-
strak (strakgespannen)
Vertaal Matrix voor strak:
Verwante woorden van "strak":
Computer vertaling door derden: