Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor picknick (Nederlands) in het Engels
picknick:
-
de picknick
Vertaal Matrix voor picknick:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
picnic | picknick | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
picnic | picknicken |
Verwante woorden van "picknick":
picknick vorm van picknicken:
-
picknicken
Conjugations for picknicken:
o.t.t.
- picknick
- picknickt
- picknickt
- picknicken
- picknicken
- picknicken
o.v.t.
- picknickte
- picknickte
- picknickte
- picknickten
- picknickten
- picknickten
v.t.t.
- heb gepiknickt
- hebt gepiknickt
- heeft gepiknickt
- hebben gepiknickt
- hebben gepiknickt
- hebben gepiknickt
v.v.t.
- had gepiknickt
- had gepiknickt
- had gepiknickt
- hadden gepiknickt
- hadden gepiknickt
- hadden gepiknickt
o.t.t.t.
- zal picknicken
- zult picknicken
- zal picknicken
- zullen picknicken
- zullen picknicken
- zullen picknicken
o.v.t.t.
- zou picknicken
- zou picknicken
- zou picknicken
- zouden picknicken
- zouden picknicken
- zouden picknicken
diversen
- picknick!
- picknickt!
- gepiknickt
- picknickend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor picknicken:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
picnic | picknick | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
picnic | picknicken |
Verwante woorden van "picknicken":
Wiktionary: picknicken
Engels
Uitgebreide vertaling voor picknick (Engels) in het Nederlands
picknick: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- pick: plukken; oogsten; binnen halen; kiezen; uitzoeken; selecteren; uitkiezen; schiften; uitpikken; ziften; selectie toepassen; peuteren; pulken; houweel; klover; kluiven; knauwen; verkiezen; selectie; knagen; knabbelen; uitverkiezen; peuzelen; uitverkoring; orderverzamelen
- nick: stelen; pikken; vervreemden; jatten; inpikken; ontvreemden; wegkapen; gappen; verdonkeremanen; achteroverdrukken; wegpikken; afnemen; wegnemen; plunderen; ontnemen; kapen; toeëigenen; roven; ontfutselen; benemen; verdonkeren; snaaien; wegpakken; leegstelen; achterhouden; verduisteren; wegfutselen; inkeping; keep; kerf; inkerving; insnijden; creneleren; kerfsnede