Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- wonderlijk:
-
Wiktionary:
- wonderlijk → miraculous, amazing, strange
- wonderlijk → funny, sportive, peculiar, curious, eccentric, queer, comical, comedic, hilarious, wacky, amusing, cheering, entertaining, enjoyable, pleasure, marvellous, wonderful, fantastic, wondrous, singular, odd, strange, weird, interesting, quaint, extraordinary, exceptional, unusual, bizarre, formidable
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor wonderlijk (Nederlands) in het Engels
wonderlijk:
-
wonderlijk (verbazingwekkend; fenomenaal; wonderbaarlijk; verbazend; opzienbarend; miraculeus; wonderbaar; verwonderingwekkend; verbijsterend; verwonderend; curieus; verwonderlijk)
astonishing; miraculous; amazing; surprising; astounding; marvellous; wonderful; startling; marvelous-
astonishing bijvoeglijk naamwoord
-
miraculous bijvoeglijk naamwoord
-
amazing bijvoeglijk naamwoord
-
surprising bijvoeglijk naamwoord
-
astounding bijvoeglijk naamwoord
-
wonderful bijvoeglijk naamwoord
-
startling bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor wonderlijk:
Verwante woorden van "wonderlijk":
Synoniemen voor "wonderlijk":
Antoniemen van "wonderlijk":
Verwante definities voor "wonderlijk":
Wiktionary: wonderlijk
wonderlijk
Cross Translation:
adjective
-
opmerkelijk, ongewoon
- wonderlijk → miraculous; amazing; strange
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wonderlijk | → funny; sportive; peculiar; curious; eccentric; queer; comical; comedic; hilarious; wacky; amusing; cheering; entertaining; enjoyable; pleasure | ↔ drôle — Comique, marrant, rigolo. (Sens général). |
• wonderlijk | → marvellous; wonderful; fantastic; wondrous | ↔ merveilleux — Qui causer une grande admiration, mêlée d’une sorte de surprise. |
• wonderlijk | → singular; odd; peculiar; strange; curious; eccentric; weird; queer; interesting; quaint; extraordinary; exceptional; unusual; bizarre; formidable | ↔ singulier — Qui est différent ou particulier, qui ne ressembler pas aux autres. |
• wonderlijk | → strange; odd; peculiar; curious; eccentric; weird; queer | ↔ étrange — Qui est en dehors de l’ordre, de l’usage commun ; qui est singulier, extraordinaire. |