Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grave
|
|
crypte; graf; grafkuil; grafplaats; rustplaats
|
review
|
|
beoordeling; bespreking; boekbespreking; herstelling van materiaal; kritiek; recensie; revisie; revue
|
worrying
|
|
tobben
|
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
review
|
|
bediscussiëren; bepraten; bespreken; controleren; doorpraten; doorspreken; hervormen; herzien; onderwerp behandelen; praten over; recenseren; reformeren; spreken over; terugblikken
|
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
awkward
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
bokkig; gebrekkig; gênant; hinderlijk; knullig; koppig; lastig; lastige; moeilijk; naar; niet makkelijk; onaangenaam; onbeholpen; ongelegen; ongemakkelijk; onhandig; onplezierig; onprettig; onverkwikkelijk; opgelaten; pijnlijk; schutterig; slungelig; storend; stumperig; stuntelig; zeer doend; zwaar
|
critical
|
benard; benauwd; erg; ernstig; hachelijk; kritiek; kwalijk; penibel; van bedenkelijke aard; zorgelijk; zorgwekkend
|
beslissend; delicaat; doorslaggevend; hachelijk; kritiek; kritisch; lastig; moeilijk; netelig; penibel; precair; problematisch
|
earnest
|
ernstig; heel erg; serieus; vol ernst; werkelijk menend
|
|
grave
|
erg; ernstig; heel erg; kwalijk; serieus; van bedenkelijke aard; vol ernst; werkelijk menend
|
ingetogen; stemmig; stemmingsvol
|
painful
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
genant; pijnlijk; smartelijk; verdrietig makend; zeer doend
|
perilous
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
angstaanjagend; delicaat; gevaarlijk; hachelijk; halsbrekend; kritiek; lastig; levensgevaarlijk; netelig; penibel; precair; risicovol; riskant
|
precarious
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
delicaat; fijn van smaak; hachelijk; kritiek; lastig; netelig; penibel; precair
|
serious
|
erg; ernstig; heel erg; kwalijk; serieus; van bedenkelijke aard; vol ernst; werkelijk menend
|
echt; eerlijk; menens; oprecht; ronduit
|
severe
|
ernstig; serieus; vol ernst; werkelijk menend
|
erg; fel; gestreng; heftig; hevig; krachtig; niet toegevend; pittig; straf; streng
|
sincere
|
ernstig; heel erg; serieus; vol ernst; werkelijk menend
|
braaf; eerlijk; gemeend; hartgrondig; onbewimpeld; ongeveinsd; onomwonden; onverholen; open; openhartig; oprecht; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig; ronduit; vrij; vrijelijk; vrijuit
|
worrisome
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
onrustbarend; piekerig; tobberig; verontrustend; zorgelijk; zorgwekkend; zwaartillend
|
worrying
|
erg; ernstig; kwalijk; van bedenkelijke aard
|
piekerig; tobberig; zwaartillend
|
-
|
serieus
|
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
hard
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
bikkelhard; hard; hardhandig; hardvochtig; ijzerhard; kalkachtig; kalkhoudend; keihard; kritisch; lastig; moeilijk; niet makkelijk; onbarmhartig; ongemakkelijk; ongenadig; onzacht; problematisch; ruw; staalhard; steenhard; zwaar
|
review
|
benard; benauwd; ernstig; hachelijk; kritiek; penibel; zorgelijk; zorgwekkend
|
|