Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. cinema:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cinema:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor cinema (Nederlands) in het Engels

cinema:

cinema [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de cinema (bioscoop)
    the cinema
    – a theater where films are shown 1
    • cinema [the ~] zelfstandig naamwoord
    the movie; the film
    • movie [the ~] zelfstandig naamwoord
    • film [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cinema:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cinema bioscoop; cinema film
film bioscoop; cinema film; filmpje; filmrolletje; huidje; laagje; rolletje; rolprent; schilletje; speelfilm; velletje
movie bioscoop; cinema film; rolprent; speelfilm
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
film filmen; verfilmen

Wiktionary: cinema

cinema
noun
  1. bioscoop, gebouw waarin mensen in stoelen naar een film projecteren op een groot scherm kunnen kijken.
cinema
noun
  1. a film/movie theatre
  2. informal: cinema



Engels

Uitgebreide vertaling voor cinema (Engels) in het Nederlands

cinema:

cinema [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the cinema (movie; film)
    – a theater where films are shown 1
    de bioscoop
    – gebouw waar een film draait 2
    • bioscoop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
      • we gaan vanavond naar de bioscoop2
    de cinema
    • cinema [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the cinema
    – a medium that disseminates moving pictures 1
    de film
    • film [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cinema:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bioscoop cinema; film; movie
cinema cinema; film; movie
film cinema film; movie; roll of film
- celluloid; film; movie house; movie theater; movie theatre; picture palace
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- movie theater; movie theatre

Verwante woorden van "cinema":

  • cinemas

Synoniemen voor "cinema":


Verwante definities voor "cinema":

  1. a theater where films are shown1
  2. a medium that disseminates moving pictures1
    • this story would be good cinema1

Wiktionary: cinema

cinema
noun
  1. the film and movie industry
  2. a film/movie theatre
  3. a film
cinema
noun
  1. een gebouw waarin mensen in stoelen naar een film geprojecteerd op een groot scherm kunnen kijken
  2. bioscoop, gebouw waarin mensen in stoelen naar een film projecteren op een groot scherm kunnen kijken.
  3. de filmindustrie

Cross Translation:
FromToVia
cinema bioscoop Kino — Gebäude oder Raum, in dem Filme auf einer Leinwand vorgeführt werden