Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. aanhouding:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aanhouding (Nederlands) in het Engels

aanhouding:

aanhouding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de aanhouding (arrestatie)
    the arrest
    • arrest [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aanhouding:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrest aanhouding; arrestatie arrestatie; arresteren; gevangenname; gevangenneming; grijpen; in bewaring stellen; inbewaringstelling; inhechtenisneming; inverzekeringstelling; vrijheidsberoving
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arrest aanhouden; arresteren; gevangennemen; in hechtenis nemen; inrekenen; oppakken; vatten

Wiktionary: aanhouding

aanhouding
noun
  1. het aanhouden, arrestatie
aanhouding
noun
  1. act of arresting a criminal, suspect etc

Cross Translation:
FromToVia
aanhouding apprehension appréhension — Arrestation. (3)
aanhouding arrest; under arrest; apprehension; detention; custody arrestation — just|fr action d’arrêter quelqu’un pour l’emprisonner.