Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hebzuchtig:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hebzuchtig (Nederlands) in het Engels

hebzuchtig:

hebzuchtig bijvoeglijk naamwoord

  1. hebzuchtig (hebberig; inhalig)
    greedy; grasping; moneygrubbing

Vertaal Matrix voor hebzuchtig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grasping hebberig; hebzuchtig; inhalig
greedy hebberig; hebzuchtig; inhalig begerig; gulzig; vraatzuchtig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
moneygrubbing hebberig; hebzuchtig; inhalig

Verwante woorden van "hebzuchtig":

  • hebzuchtige

Wiktionary: hebzuchtig

hebzuchtig
adjective
  1. blijk gevend van hebzucht, hebberig
hebzuchtig
adjective
  1. motivated by private gain
  2. having greed; consumed by selfish desires

Cross Translation:
FromToVia
hebzuchtig miserly; avaricious; greedy; stingy; meagre; meager; mean; parsimonious avare — Qui a un désir excessif d’accumuler.
hebzuchtig avaricious; miserly; stingy; mean avaricieux — Qui est d’une avarice mesquine.