Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
companion
|
gids; informatieboek
|
begeleidster; compagnon; echtgenoot; eega; gabber; gezel; gezellin; kameraad; kameraadje; kompaan; kornuit; levensgezel; levenspartner; maat; maatje; makker; man; metgezel; pal; partner; spitsbroeder; vriend; vriendje
|
guide
|
begeleider; gids; leidsman; loods; reisbegeleider; reisgids; reisleider; reisleidster
|
aanwijzing; begeleidster; handboek; hulplijn; richtlijn; rondleider
|
guide book
|
gids; reisgids; reisleider; reisleidster
|
|
host
|
gids; reisbegeleider
|
café-eigenaar; gastheer; heerschaar; host; kroegbaas; legerschaar; presentator; waard
|
information guide
|
gids; informatieboek
|
|
instruction book
|
beknopte handleiding; gids; leidraad
|
handleiding; uitleg
|
instruction booklet
|
beknopte handleiding; gids; leidraad
|
|
leader
|
begeleider; gids; leidsman; loods
|
aanvoerder; baas; bestuurder; chef; groepsleider; hoofd; hoofdleider; hoofdman; kopman; kopstuk; leider; lijstaanvoerder; manager; meerdere; meester; opperhoofd; opvulteken; patroon; pees; stamhoofd; superieur; voorman; voorzitter; werkbaas; zeen
|
manual
|
beknopte handleiding; gids; leidraad
|
aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; handboek; handleiding; handwijzer; instructies; leerboek; leidraad; lesboek; schoolboek; studieboek; uitleg; vademecum; wegwijzer
|
mentor
|
begeleider; gids; leidsman; loods
|
docent; instructeur; leermeester; leraar
|
tour guide
|
gids; reisgids; reisleider; reisleidster
|
|
travel brochure
|
gids; reisgids; reisleider; reisleidster
|
|
travel guide
|
gids; reisgids; reisleider; reisleidster
|
reisboek; reisgids; reiswijzer
|
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
guide
|
|
begeleiden; in goede banen leiden; leiden; meevoeren; voeren
|
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
manual
|
|
handmatig; manuaal; met de hand
|