Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Zoek: zoenen

Nederlandse en Engelse zoekresultaten voor: zoenen

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

zoenen:
- kiss
zoen:
- smacking kiss; kiss
Wiktionary:
- zoenen → kiss, make out
- zoenen → kiss
- zoen → kiss
- zoen → kiss
Gebruikers suggesties voor zoenen:
- snog

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zoenen (Nederlands) in het Engels

zoenen:

zoenen werkwoord (zoen, zoent, zoende, zoenden, gezoend)

zoenen (kussen)
to kiss
- kiss werkwoord (kisses, kissed, kissing)

Conjugations for zoenen:

o.t.t.

zoen
zoent
zoent
zoenen
zoenen
zoenen

o.v.t.

zoende
zoende
zoende
zoenden
zoenden
zoenden

v.t.t.

heb gezoend
hebt gezoend
heeft gezoend
hebben gezoend
hebben gezoend
hebben gezoend

v.v.t.

had gezoend
had gezoend
had gezoend
hadden gezoend
hadden gezoend
hadden gezoend

o.t.t.t.

zal zoenen
zult zoenen
zal zoenen
zullen zoenen
zullen zoenen
zullen zoenen

o.v.t.t.

zou zoenen
zou zoenen
zou zoenen
zouden zoenen
zouden zoenen
zouden zoenen

diversen

zoen!
zoent!
gezoend
zoenend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor zoenen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kiss		biljartballenbosting; klots; kus; smakker; zoen
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kiss	kussen; zoenen

Verwante woorden van "zoenen":

zoen

Wiktionary: zoenen

zoenen

verb

met de mond liefkozen
- zoenen → kiss

zoenen

verb

To kiss or to make love
- make out → zoenen
to touch each other’s lips
- kiss → kussen; zoenen
to touch with the lips
- kiss → kussen; zoenen

Cross Translation:

From	To	Via
• zoenen	→ kiss	↔ baiser — Donner un baiser
• zoenen	→ kiss	↔ embrasser — donner un baiser

zoen:

zoen [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de zoen (smakker)
the smacking kiss; the kiss
- smacking kiss [the ~] zelfstandig naamwoord
- kiss [the ~] zelfstandig naamwoord
de zoen
the kiss
- kiss [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zoen:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kiss	smakker; zoen	biljartballenbosting; klots; kus
smacking kiss	smakker; zoen	klapzoen; pakkerd
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kiss		kussen; zoenen

Verwante woorden van "zoen":

zoenen, zoentje, zoentjes

Wiktionary: zoen

zoen

noun

het met de lippen aanraken van een persoon of een voorwerp
- zoen → kiss

zoen

noun

touch with the lips
- kiss → zoen; kus

Cross Translation:

From	To	Via
• zoen	→ kiss	↔ Kuss — die Berührung der Lippen auf die Lippen oder beliebige andere Körperteile (einschließlich der Zunge und der Geschlechtsorgane) eines anderen Menschen oder einen, durch diese Geste geliebten oder verehrten Gegenstand
• zoen	→ kiss	↔ baiser — contact de la bouche sur le visage, sur les lèvres, sur quelque partie du corps d’une personne, par amitié, par amour, par civilité, par respect.