Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. sifon:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sifon (Nederlands) in het Engels

sifon:

sifon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de sifon (stankafsluiter)
    the siphon; the syphon; the siphon-trap; the air-trap
    • siphon [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
    • syphon [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • siphon-trap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • air-trap [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de sifon (spuitwaterfles)
    the siphon; the syphon
    • siphon [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
    • syphon [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits

Vertaal Matrix voor sifon:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
air-trap sifon; stankafsluiter
siphon sifon; spuitwaterfles; stankafsluiter hevel; spuitfles; vlotter
siphon-trap sifon; stankafsluiter
syphon sifon; spuitwaterfles; stankafsluiter hevel; spuitfles; vlotter

Verwante woorden van "sifon":

  • sifons

Wiktionary: sifon


Cross Translation:
FromToVia
sifon trap; syphon; siphon Siphon — Geruchsverschluss beim Wasserablauf