Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. harmoniseren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor harmoniseren (Nederlands) in het Engels

harmoniseren:

harmoniseren werkwoord (harmoniseer, harmoniseert, harmoniseerde, harmoniseerden, geharmoniseerd)

  1. harmoniseren (tot een goed samengaand geheel maken; op een lijn brengen)
    to harmonize; to harmonise
    • harmonize werkwoord, Amerikaans (harmonizes, harmonized, harmonizing)
    • harmonise werkwoord, Brits

Conjugations for harmoniseren:

o.t.t.
  1. harmoniseer
  2. harmoniseert
  3. harmoniseert
  4. harmoniseren
  5. harmoniseren
  6. harmoniseren
o.v.t.
  1. harmoniseerde
  2. harmoniseerde
  3. harmoniseerde
  4. harmoniseerden
  5. harmoniseerden
  6. harmoniseerden
v.t.t.
  1. heb geharmoniseerd
  2. hebt geharmoniseerd
  3. heeft geharmoniseerd
  4. hebben geharmoniseerd
  5. hebben geharmoniseerd
  6. hebben geharmoniseerd
v.v.t.
  1. had geharmoniseerd
  2. had geharmoniseerd
  3. had geharmoniseerd
  4. hadden geharmoniseerd
  5. hadden geharmoniseerd
  6. hadden geharmoniseerd
o.t.t.t.
  1. zal harmoniseren
  2. zult harmoniseren
  3. zal harmoniseren
  4. zullen harmoniseren
  5. zullen harmoniseren
  6. zullen harmoniseren
o.v.t.t.
  1. zou harmoniseren
  2. zou harmoniseren
  3. zou harmoniseren
  4. zouden harmoniseren
  5. zouden harmoniseren
  6. zouden harmoniseren
en verder
  1. is geharmoniseerd
  2. zijn geharmoniseerd
diversen
  1. harmoniseer!
  2. harmoniseert!
  3. geharmoniseerd
  4. harmoniserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor harmoniseren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
harmonise harmoniseren; op een lijn brengen; tot een goed samengaand geheel maken een harmonieus geheel vormen; harmoniëren; met elkaar in overeenstemming brengen; overeenstemmen; samenstemmen
harmonize harmoniseren; op een lijn brengen; tot een goed samengaand geheel maken een harmonieus geheel vormen; harmoniëren; met elkaar in overeenstemming brengen; overeenstemmen; samenstemmen

Wiktionary: harmoniseren

harmoniseren
verb
  1. standaardiseren