Overzicht
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- afbraak:
-
Wiktionary:
- afbraak → decomposition, catabolism, demolition, breakdown
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor afbraak (Nederlands) in het Engels
afbraak:
-
de afbraak (sloop)
Vertaal Matrix voor afbraak:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
demolition | afbraak; sloop | onttakeling; ravage; vernieling; verwoesting; wegbreken |
destruction | afbraak; sloop | ravage; verderf; vernieling; verwoesting |
Wiktionary: afbraak
afbraak
noun
afbraak
-
de ontbinding van een scheikundige stof in kleinere bestanddelen
- afbraak → decomposition; catabolism
noun
-
the action of demolishing or destroying, in particular of buildings or other structures
-
breaking of chemical bonds within a compound