Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bingo:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bingo:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bingo (Nederlands) in het Engels

bingo:

bingo [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het bingo (kienspel)
    the bingo; the keeno; the lotto
    • bingo [the ~] zelfstandig naamwoord
    • keeno [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lotto [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bingo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bingo bingo; kienspel
keeno bingo; kienspel
lotto bingo; kienspel

Wiktionary: bingo

bingo
noun
  1. kansspel
  2. een uitroep gebruikt door spelers van bingo om aanspraak te maken op een overwinning
bingo
interjection
  1. to claim a win in bingo
  2. when finding something
noun
  1. game of chance

Computer vertaling door derden:


Engels

Uitgebreide vertaling voor bingo (Engels) in het Nederlands

bingo:

bingo [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bingo (keeno; lotto)
    het kienspel; het bingo
    • kienspel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bingo [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bingo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bingo bingo; keeno; lotto
kienspel bingo; keeno; lotto
- beano; keno; lotto

Synoniemen voor "bingo":


Verwante definities voor "bingo":

  1. a game in which numbered balls are drawn at random and players cover the corresponding numbers on their cards1

Wiktionary: bingo

bingo
interjection
  1. to claim a win in bingo
  2. when finding something
noun
  1. game of chance
bingo
noun
  1. kansspel
  2. een uitroep gebruikt door spelers van bingo om aanspraak te maken op een overwinning

Computer vertaling door derden: