Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- werkgever:
-
Wiktionary:
- werkgever → Arbeitgeber
- werkgever → Arbeitgeberin, Arbeitgeber
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor werkgever (Nederlands) in het Duits
werkgever:
-
de werkgever
der Arbeitgeber
Vertaal Matrix voor werkgever:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Arbeitgeber | werkgever | patroons; werkgevers |
Verwante woorden van "werkgever":
Wiktionary: werkgever
werkgever
Cross Translation:
noun
werkgever
-
persoon die of bedrijf dat werk verschaft aan anderen
- werkgever → Arbeitgeber
noun
-
Person oder Firma, die Leute als Arbeiter oder Angestellte einstellen, beschäftigt und ihnen dafür Geld bezahlt
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• werkgever | → Arbeitgeberin; Arbeitgeber | ↔ employer — person or entity which employs others |