Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. pek:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pek (Nederlands) in het Duits

pek:

pek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pek (teer)
    Pech; der Teer
    • Pech [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Teer [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pek:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Pech pek; teer ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag; terugslagen
Teer pek; teer

Verwante woorden van "pek":

  • pekken

Wiktionary: pek

pek
noun
  1. Rückstand bei der Teerherstellung

Cross Translation:
FromToVia
pek Pech pitch — dark, extremely viscous material made by distilling tar