Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Zoek: mus

Nederlandse en Duitse zoekresultaten voor: mus

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

mus:
- Sperling; Haussperling
Wiktionary:
- mus → Spatz, Sperling
- mus → Sperling, Spatz, Sperlinge

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Mus:
- pulp; moes; tot brij gekookte vruchten
- hachee; prak; puree; moes
Wiktionary:
- Mus → brij, moes, pap

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mus (Nederlands) in het Duits

mus:

mus [de ~] zelfstandig naamwoord

de mus (gewone mus)
der Sperling; der Haussperling
- Sperling [der ~] zelfstandig naamwoord
- Haussperling [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mus:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Haussperling	gewone mus; mus
Sperling	gewone mus; mus

Verwante woorden van "mus":

mussen

Verwante definities voor "mus":

klein, grijs/bruin veel voorkomend vogeltje¹
- de mussen pikten al het brood op¹

Wiktionary: mus

mus

noun

Passeridae, een zangvogel behorend tot de wevervogels die zelden ver van de mensen nestelt
- mus → Spatz

mus

noun

Ornithologie: eine Vogelfamilie, kleine Finkenvögel mit kegelförmigem Schnabel, leben von Sämereien und Insekten
- Sperling → mus
Ornithologie: der Sperling (Passer), ein körnerfressender Singvogel, speziell der Haussperling (P. domesticus)
- Spatz → mus

Cross Translation:

From	To	Via
• mus	→ Sperling; Spatz	↔ sparrow — bird of the family Passeridae
• mus	→ Sperling; Spatz	↔ moineau — ornithol\|nocat Une des espèces de petits oiseaux passereaux trapus au bec court et au plumage brunâtre et clair qui fait son nid dans les trous des murailles ou de tout bâtiment.
• mus	→ Spatz; Sperling	↔ passereau — moineau.
• mus	→ Sperlinge	↔ passéridé — ornithol\|nocat Membre d’une famille d’oiseaux passereaux, les moineaux et alliés, petits passereaux robustes à petit bec puissant, à queue courte, gris-bruns, granivores et insectivores.

Verwante vertalingen van mus

gewone mus

Duits

Uitgebreide vertaling voor mus (Duits) in het Nederlands

Mus:

Mus [das ~] zelfstandig naamwoord

Mus (Brei)
de pulp; de moes; tot brij gekookte vruchten
- pulp [de ~] zelfstandig naamwoord
- moes [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- tot brij gekookte vruchten [znw.] zelfstandig naamwoord

Mus [der ~] zelfstandig naamwoord

der Mus (Haché; Gemüse; Rest; Happen; Brei)
de hachee; de prak
- hachee [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- prak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
der Mus (Püree; Kartoffelpüree; Brei)
de puree; de moes
- puree [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- moes [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mus:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hachee	Brei; Gemüse; Haché; Happen; Mus; Rest
moes	Brei; Kartoffelpüree; Mus; Püree	Apfelmus
prak	Brei; Gemüse; Haché; Happen; Mus; Rest
pulp	Brei; Mus	Holzbrei
puree	Brei; Kartoffelpüree; Mus; Püree
tot brij gekookte vruchten	Brei; Mus

Synoniemen voor "Mus":

Brei; Creme; Pudding; Essen; Esswaren; Lebensmittel; Nahrung; Nahrungsmittel; Viktualien

Wiktionary: Mus

Cross Translation:

From	To	Via
• Mus	→ brij; moes; pap	↔ bouillie — Sorte d’aliment qui est faire de lait ou d’un autre liquide et de farine bouillis ensemble jusqu’à une certaine consistance et qu’on donne ordinairement aux petits enfants.
• Mus	→ brij; moes; pap	↔ purée — (cuisine) préparation épaisse de légumes cuits à l’eau et écrasés.

¹Muiswerk Woordenboek