Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. ziekenverpleger:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ziekenverpleger (Nederlands) in het Duits

ziekenverpleger:

ziekenverpleger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de ziekenverpleger
    der Krankenpfleger

Vertaal Matrix voor ziekenverpleger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Krankenpfleger ziekenverpleger broeder; broer; diaken; hulp; verpleegkundige; verpleger; ziekenbroeder; ziekenoppasser

Verwante woorden van "ziekenverpleger":

  • ziekenverplegers

Wiktionary: ziekenverpleger


Cross Translation:
FromToVia
ziekenverpleger Krankenpfleger infirmier — Celui qui soigner et sert les malades dans une infirmerie, dans un hôpital, dans une ambulance.