Nederlands
Uitgebreide vertaling voor zich uitleven (Nederlands) in het Duits
zich uitleven:
-
zich uitleven (ravotten; stoeien; dollen; wild spelen; wild rennen)
scherzen; balgen; herumtollen; toben; sich balgen; schäkern-
herumtollen werkwoord (tolle herum, tollst herum, tollt herum, tollte herum, tolltet herum, herumgetollt)
-
sich balgen werkwoord (balge mich, balgst dich, balgt sich, balgte sich, balgtet euch, sich gebalgt)
Vertaal Matrix voor zich uitleven:
Computer vertaling door derden: