Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. vriezer:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vriezer (Nederlands) in het Duits

vriezer:

vriezer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de vriezer (diepvrieskist; diepvriezer; vrieskist)
    der Tiefkühlapparat; der Eisschrank; der Gefrierschrank; der Gefrierapparat

Vertaal Matrix voor vriezer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Eisschrank diepvrieskist; diepvriezer; vrieskist; vriezer ijskast; koelkast
Gefrierapparat diepvrieskist; diepvriezer; vrieskist; vriezer
Gefrierschrank diepvrieskist; diepvriezer; vrieskist; vriezer diepvrieskast
Tiefkühlapparat diepvrieskist; diepvriezer; vrieskist; vriezer

Verwante woorden van "vriezer":

  • vriezers

Wiktionary: vriezer

vriezer
noun
  1. een toestel bedoeld om voedingsmiddelen in bevroren toestand gebracht, te bewaren
vriezer
noun
  1. schrankförmiges Großelektrogerät zum einfrieren von verderblichen Waren, meist Lebensmitteln

Cross Translation:
FromToVia
vriezer Gefrierschrank; Gefriertruhe freezer — stand-alone appliance

Computer vertaling door derden: