Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. volvoeren:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor volvoeren (Nederlands) in het Duits

volvoeren:

volvoeren werkwoord (volvoer, volvoert, volvoerde, volvoerden, volvoerd)

  1. volvoeren
    vollführen; ausführen; vollbringen; vollziehen
    • vollführen werkwoord (vollführe, vollführst, vollführt, vollführte, vollführtet, vollführt)
    • ausführen werkwoord (führe aus, führst aus, führt aus, führte aus, führtet aus, ausgeführt)
    • vollbringen werkwoord (vollbringe, vollbringst, vollbringt, vollbrachte, vollbrachtet, vollbracht)
    • vollziehen werkwoord (vollziehe, vollziehst, vollzieht, vollzog, vollzoget, vollzogen)

Conjugations for volvoeren:

o.t.t.
  1. volvoer
  2. volvoert
  3. volvoert
  4. volvoeren
  5. volvoeren
  6. volvoeren
o.v.t.
  1. volvoerde
  2. volvoerde
  3. volvoerde
  4. volvoerden
  5. volvoerden
  6. volvoerden
v.t.t.
  1. heb volvoerd
  2. hebt volvoerd
  3. heeft volvoerd
  4. hebben volvoerd
  5. hebben volvoerd
  6. hebben volvoerd
v.v.t.
  1. had volvoerd
  2. had volvoerd
  3. had volvoerd
  4. hadden volvoerd
  5. hadden volvoerd
  6. hadden volvoerd
o.t.t.t.
  1. zal volvoeren
  2. zult volvoeren
  3. zal volvoeren
  4. zullen volvoeren
  5. zullen volvoeren
  6. zullen volvoeren
o.v.t.t.
  1. zou volvoeren
  2. zou volvoeren
  3. zou volvoeren
  4. zouden volvoeren
  5. zouden volvoeren
  6. zouden volvoeren
diversen
  1. volvoer!
  2. volvoert!
  3. volvoerd
  4. volvoerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor volvoeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ausführen volvoeren exporteren; uitvoeren
vollbringen volvoeren aan verwachtingen beantwoorden; aan verwachtingen voldoen; bedingen; bewerkstelligen; fiksen; fixen; klaarspelen; lappen; voor elkaar krijgen
vollführen volvoeren aan verwachtingen beantwoorden; aan verwachtingen voldoen; bedingen; bewerkstelligen; fixen; klaarspelen; lappen; realiseren; verwerkelijken; verwezenlijken; voor elkaar krijgen
vollziehen volvoeren aan verwachtingen beantwoorden; aan verwachtingen voldoen; doen; executeren; handelen; ter dood brengen; terechtstellen; uitrichten; uitvoeren; verrichten; voltrekken