Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- volgepropt:
- volproppen:
-
Wiktionary:
- volproppen → voll pfropfen
- volproppen → stopfen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor volgepropt (Nederlands) in het Duits
volgepropt:
-
volgepropt
vollgestopft-
vollgestopft bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor volgepropt:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vollgestopft | volgepropt | gevuld; knalvol; op elkaar gepakt; opeengepakt; opgepropt; opgevuld; overvol; propvol; stampvol; tjokvol; vol; volgestopt |
Verwante woorden van "volgepropt":
volgepropt vorm van volproppen:
-
volproppen (volvreten; volstoppen; voleten; volschransen)
hineinstopfen; pfropfen; fressen; stopfen; futtern; vollstopfen; vollfressen-
hineinstopfen werkwoord (stopfe hinein, stopfst hinein, stopft hinein, stopfte hinein, stopftet hinein, hineingestopft)
-
vollstopfen werkwoord (stopfe voll, stopfst voll, stopft voll, stopfte voll, stopftet voll, vollgestopft)
-
vollfressen werkwoord
-
Conjugations for volproppen:
o.t.t.
- prop vol
- propt vol
- propt vol
- proppen vol
- proppen vol
- proppen vol
o.v.t.
- propte vol
- propte vol
- propte vol
- propten vol
- propten vol
- propten vol
v.t.t.
- heb volgepropt
- hebt volgepropt
- heeft volgepropt
- hebben volgepropt
- hebben volgepropt
- hebben volgepropt
v.v.t.
- had volgepropt
- had volgepropt
- had volgepropt
- hadden volgepropt
- hadden volgepropt
- hadden volgepropt
o.t.t.t.
- zal volproppen
- zult volproppen
- zal volproppen
- zullen volproppen
- zullen volproppen
- zullen volproppen
o.v.t.t.
- zou volproppen
- zou volproppen
- zou volproppen
- zouden volproppen
- zouden volproppen
- zouden volproppen
diversen
- prop vol!
- propt vol!
- volgepropt
- volproppen
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor volproppen:
Wiktionary: volproppen
volproppen
Cross Translation:
verb
-
overvol maken door er nog iets bij te duwen
- volproppen → voll pfropfen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• volproppen | → stopfen | ↔ cram — to press, force, or drive, particularly in filling, or in thrusting one thing into another |